Het ADAM beschikt over 5.000m², speciaal ingericht voor dit museum. Het ADAM vindt zijn nieuwe thuis in het gebouw van Trade Mart Brussel  [Heizelplateau] van de architect John Portman [1924- ]. In 1975 was het een van de grootste tentoonstellingshallen ter wereld.

Het enorme gebouw is heel weinig 'aanwezig', maar zijn typologie, zijn compositie (zowel qua plan als qua façade) maakt het tot een heel apart
voorbeeld van architectuur in 'internationale stijl', een corporate versie van het brutalisme. De structuur van dit gebouw is zeer sterk. Het plafond met vakken in honingraatmotief wordt gedragen door pilaren op een afstand van 7,5m van elkaar, en het vierkant grondplan maakt er een geheel van dat langs alle kanten even krachtig is.
Het 'neutrale' grondplan doet enigszins denken aan het werk van de radicale architecten van de jaren 60.

Het architecturale project is ontworpen en gerealiseerd door Lhoas & Lhoas Architectes. Om het ADAM project tot een goed einde te brengen, werkt het bureau Lhoas & Lhoas Architectes samen met Thierry  Belenger, (specialist op het vlak van designvan de 20ste eeuw) en met Alexandra Midal (design theoreticus en historicus).

Het project werd gerealiseerd met 10 principes als leidraad zoals: zo goed mogelijk gebruik maken van de kwaliteiten van het bestaande zowel binnen als buiten; een soepel en aanpasbaar expositiesysteem; integratie van de voorraad in het parcours van de tentoonstelling; conceptuele verbanden tussen de voorwerpen; elegant gebruik van eenvoudige standaardmaterialen zodat de kleurrijke collectie volledig tot haar recht komt.

Voor de binneninrichting werd gekozen voor het meubilair van VITRA, DELTA LIGHT zorgt voor de verlichting. 

De voorgevel van Trade Mart is interessant omdat het een verticale uitlijning is van bronskleurige spiegelpanelen die de omringende dichte vegetatie weerspiegelen.

De bestaande trap was opgebouwd als een steiger, een element dat zowel stabiel en kortstondig is en oneindig gemonteerd en  gedemonteerd kan worden. Deze structuur alleen al riep een poëtisch beeld op. Daarom werd de trap behouden.Er moet een link zijn tussen de trap en het gebouw waar hij toegang toe verschaft. De ingang plaatst het gebouw in de kijker. Bezoekers moeten ontvangen worden door een verrassend bouwwerk.

Bovendien speelt de speelse dimensie van dit grafisch ontwerp in op de vrolijke uitstraling die de Plasticariumcollectie uitstraalt.